In de basisoptie ‘maatschappij en welzijn’ staat het welzijn voor, en van, de mens in de maatschappij centraal. De leerlingen maken kennis met een aantal basisbegrippen en -technieken om het samenleven, de eigen gezondheid en de eigen lifestyle in de huidige, diverse maatschappelijke context te optimaliseren en in stand te houden.

Ze worden bewustgemaakt en ze worden ertoe aangezet om te werken aan een gezonde levensstijl, met aandacht voor lichamelijk, psychisch, sociaal en emotioneel welzijn, gezonde voeding, voldoende lichaamsbeweging … Bovendien leren ze via eenvoudige opdrachten en praktische oefeningen hoe ze creatief met die welzijnsaspecten kunnen omgaan en hoe dat hun persoonlijke lifestyle beïnvloedt.

Als mens leef je in een bepaalde maatschappelijke context. Daarom is het belangrijk om in actuele situaties de invloed van de ander en de wederzijdse beïnvloeding te herkennen. De leerlingen leren om te gaan met de anderen (peers, mensen met wie de jongeren dagdagelijks in contact komen) en ze leren in die omgang elementaire sociale en communicatieve vaardigheden te ontwikkelen.

Daarbij vormen vaardigheden zoals ‘observeren’, ‘interpreteren van gedrag’ en eenvoudige groepsdynamische processen een belangrijk uitgangspunt. Ook het omgaan met de diversiteit in onze samenleving (in de meest ruime betekenis van het woord) vanuit een respectvolle houding van gelijkwaardigheid, vormt in deze basisoptie een belangrijk aandachtspunt.

Deze basisoptie richt zich vooral tot leerlingen die sociaal voelend zijn en heeft als doel hen te laten kennismaken met verschillende contexten waarin maatschappij en welzijn een belangrijke rol spelen.

In de B-stroom wordt vanuit de inhoudelijke essentie vooral gefocust op de praktische relevantie en op toepassingen voor en door de leerlingen zelf.

In de basisoptie ‘economie & organisatie‘ verruimen de leerlingen hun beleving van de ‘economische en financiële competenties’ tot een bredere economische en maatschappelijke context.

De leersituatie van de basisvorming ‘Economische en financiële competenties’ komt erop neer dat de leerlingen het consumentengedrag vanuit hun individuele beleving bestuderen. Aan de hand van herkenbare situaties uit hun eigen vertrouwde leefwereld, worden ze er zich van bewust dat hun aankoopgedrag beïnvloed wordt door tal van factoren. Ze beseffen dat er voorzichtig dient te worden omgegaan met een budget … Daarnaast maken ze kennis met een aantal basisbegrippen en basisprincipes in verband met ondernemingen.

Daar komt in de basisoptie een economische en maatschappelijke verruiming van de beleving bij. De rode draad doorheen deze basisoptie is het verder verkennen van de volgende thema’s

  • consumenten: economisch principe, trends met betrekking tot aankoopgedrag en aankoopkanalen, courante betaalmiddelen, loonschema
  • ondernemingen en organisaties: bedrijfskolom, welvaart en welzijn, onthaal, verkoop, administratie, logistiek
  • ondernemerschap
  • ICT

In de huidige geglobaliseerde economie wordt vlot communiceren en samenwerken steeds belangrijker. Daarom komen verschillende aspecten van communicatieve en sociale vaardigheden aan bod, door gebruik te maken van een activerende didactiek.

Net zoals in de basisoptie ‘economie en organisatie’ in de A-stroom, verschuift de focus van de individuele beleving, die in de basisvorming centraal staat, naar een benadering vanuit een ruimere en bredere context. In tegenstelling tot de A-stroom, ligt de nadruk in de B-stroom op de concrete taken en opdrachten binnen ‘ondernemingen en organisaties’.

Basisvorming
Levensbeschouwing2
Lichamelijke opvoeding2
Nederlands4
Frans3
Wiskunde4
Natuurwetenschappen1
STEM2
Maatschappelijke vorming2
Expert Nederlands1
Klasuur1
Basisoptie
Maatschappij & welzijn6
Economie & organisatie4